Tijd is lelijk

Wij mensen verdelen ons leven in uren en dagen. Wat we doen wordt grotendeels gedicteerd door de klok en de agenda. We worden het hele jaar op hetzelfde tijdstip gewekt door onze wekker, een apparaat dat hoge luide tonen herhaalt totdat onze cortisol waardes zo hoog zijn dat we niet meer kunnen slapen. We gaan elke dag op hetzelfde moment naar bed. Werkdagen duren het hele jaar van negen tot vijf. We ontbijten om acht uur en dineren om zes uur. De zomervakantie begint op een vooraf vastgestelde datum en we voetballen altijd op zaterdag.

Waarschijnlijk ziet jouw leven er ook zo uit en vraag je je af wat er lelijk aan is. Nou, tijd is een verzinsel van het menselijke brein en uren en dagen een vereenvoudiging van de realiteit. De natuurlijke organiserende principes, die bepalen wanneer we eten en slapen, zijn de hoeveelheid licht, de plek waar we ons bevinden, en het weer. De dag begint in juni op het noordelijk halfrond al om half vijf. En in december pas om negen uur. Toch zetten we de wekker het hele jaar om zeven uur. Dat zie je geen ander dier doen. De andere dieren bewegen gewoon mee met de natuurlijke ordening, in dit geval het moment dat de zon opkomt, het weer een beetje mee zit en of het paartijd is. De vogeltjes beginnen in juni om half vijf met hun vrolijke gekwetter, in december om negen uur.

Het is ook niet zo dat een dag begint als de wekker gaat. De overgang van onze slapende staat naar onze wakkere staat beweegt mee met de dageraad, zoals onze slaap meebeweegt met de schemering. Zonsopgang en zonsondergang zijn geen twee dagen achter elkaar gelijk. Niet op verschillende dagen maar ook niet op verschillende plekken.

Die statische formele indeling van ons leven volgens de kalender en de klok zijn duidelijk een vereenvoudiging. Maar hoe erg is dat nou helemaal? Levert het nou veel schade op? Het antwoord is ja. Neem ons slaappatroon. Dat is aangeleerd. Als je kleine kinderen hebt gehad, weet je hoe moeilijk het was om ze te laten wennen aan het slaappatroon volgens de klok. Ze worden de hele nacht wakker van de honger, en overdag vallen ze om de haverklap in slaap. Net als de meeste andere dieren overigens. Dat is niet zonder reden. Hoe laat we slapen is een resultante van een heleboel variabelen, waarvan geen te herleiden is tot een horloge of Google Calendar. We hebben bijvoorbeeld ‘s middags allemaal een tekort aan glucose. Dan horen we dus gewoon te slapen. De Duitsers hebben er zelfs een woord voor. Zij noemen het uur tussen één en twee uur de ’Todesstunde’, het uur van de dood, en niet voor niets. In dat uur sterven aanzienlijk meer mensen dan op alle andere tijdstippen.

Melatonine is een hormoon dat vrijkomt op het moment dat het donker begint te worden. Je lichaamstemperatuur daalt ervan, waardoor je doezelig wordt en in slaap valt. Als het licht wordt, stopt de productie en word je wakker. Melatonine komt niet elke dag om elf uur ’s avonds vrij. In de zomer begint het om een uur of tien, en in de winter om een uur of vier. Sterker nog, bij veel mensen komt het in de winter de hele dag vrij, omdat het zo verrekte donker blijft. En je melatonine afgifte verandert gedurende je hele leven, dus het beweegt ook nog eens mee met je leeftijd.

In de laatste jaren is er veel onderzoek gedaan naar de negatieve effecten van het harnas van de klok en de positieve effecten van dutjes. Wanneer je gewekt wordt door een wekker levert je dat niet alleen een slecht humeur op. Je verstoort ook je biologische klok, veroorzaakt stress wat weer leidt tot een verhoogde hartslag en bloeddruk. Als je elke dag de wekker zet kan dit zelfs leiden tot chronische stress. Daarnaast is het slecht voor je kortetermijngeheugen. Aan de andere kant blijkt een halve uurtje extra in de ochtend wonderen te doen. Uit een onderzoek onder pubers bleek dat ’s ochtends een half uurtje later met school beginnen maar liefst een half punt hogere score opleverde. Ook middagslaapjes doen het goed. Een dutje van een minuut of twintig zou volgens allerlei onderzoeken de productiviteit van werknemers met enkele tientallen procenten doen stijgen.

Ondanks alle negatieve effecten ruilen we de natuurlijk organiserende principes om voor die lelijke klok. En iedereen moet eraan geloven. Zelfs onze baby’s. Sommige ouders laten die kleine kruimels, als ze midden in de nacht wakker worden, zelfs bewust huilen, omdat ze moeten leren om door te slapen. De meeste ouders vertellen na zes maanden trots dat het ze gelukt is, en dat hun kind doorslaapt. Maar daar klopt niets van. Video opnames bewijzen dat acht maanden oude baby’s in 60-70 procent van de gevallen zichzelf weer in slaap krijgen. Na zich maanden tevergeefs de tranen uit hun kop te hebben gejankt, hebben ze simpelweg de hoop opgegeven dat hun ouders ze komen troosten. 

Volgens hersenwetenschapper en slaapexpert Matthew Walker is de bifasische slaap – een lang nachtblok en een middagdutje –hét recept voor een lang en gezond leven:

 ”De gemeenschappen van middagslapers worden niet voor niets omschreven als ‘de plaatsen waar mensen vergeten te sterven’. In steden waar de siësta werd afgeschaft onder druk van de modernisering, kwamen na enkele jaren meer hart- en vaatziektes voor. In kleine enclaves van Griekenland waar de siësta in ere gehouden wordt, zoals het eiland Ikaria, is de kans dat mannen de negentig bereiken vier keer groter dan in de VS.”

Vorige
Vorige

Lelijk huwelijk